29/06/2021
Verslag vogel/fiets excursie door de Ooijpolder 28 mei 2021
We starten om 8 uur bij de Thornse Molen, midden in de Ooijpolder. Even de weg oversteken en we fietsen al gelijk in de polder. Overal zijn grasmussen te horen en ik laat er ééntje zien door de telescoop. Het zijn mooie vogels, ze hebben hun naam niet mee en ik vind dat ze ook totaal niet op een mus lijken. Vanaf nu heb ik ze witkeeltje genoemd, uit het Engels waar ze “whitethroat “ genoemd worden. Een graspieper maakt de baltsvlucht en even verderop horen we het typisch zomerse geluid van de veldleeuwerik. Helaas zien we ze niet veel meer, maar op deze plek zit er ieder jaar nog wel eentje. Ik zoek even langs de ruige slootkanten en al snel heb ik de roodborsttapuitjes in beeld. Ze hebben hun vaste zangposten zoals veel vogels en dat is handig voor als je ze goed in de telescoop wil bekijken. Ondertussen flitsen wat puttertjes door het beeld.
Bij de grote terpboerderijen vliegen de boerenzwaluwen en kwetteren huismussen en we zien ook wel ringmussen. In de polder zitten momenteel ontzettend veel hazen, ze staan op de rode lijst, maar hier zijn er gelukkig nog veel. Altijd mooi om hun gedrag te observeren en ook hoe ze de grauwe ganzen en nijlganzen uit hun veld verjagen.
Op verschillende plekken zijn de laatste jaren in de Ooijpolder ooievaarspaalnesten geplaatst, ook op particulier terrein en met succes. We kunnen dus prachtig de ooievaars horen klepperen en we zien hoe de jongen gevoerd worden en regelmatig vliegen ze over en zoeken ze voedsel in het veld.
Al fietsend door de polder met af en toe een torenvalkje en verschillende buizerds, komen we langs een riviertje waar een dodaars steeds onderduikt, in de oever waterhoentjes en we zien een beverburcht. ’s Avonds kun je hier de bever zien zwemmen. Altijd goed opletten op de ijsvogel, maar ik vrees dat de ijsvogel de strenge winter niet heeft overleefd.
Dan komen we op de grote dijk, maar eerst even een blik door de telescoop op de boog van de Waalbrug waar bijna altijd de slechtvalk op de uitkijk zit, soms zien we ze allebei. En ja, daar zit er weer ééntje.
Bij de Oude Waal, een oude rivierarm liggen vlotjes voor de zwarte sterns. Ze zijn zo geplaatst dat je ze vanaf de dijk goed kunt zien zonder de vogels te verstoren. De vogels vliegend krijsend af en aan om de nog wollige kuikens te voeren. Ze zijn dit jaar erg laat, het was slecht weer toen ze vanuit midden Afrika moesten komen en lang niet alle vlotjes zijn bezet. In het hele gebied van de Gelderse poort liggen 400 vlotjes. Mooie elegante vogels met duikvluchten op het water. Razendsnel worden de jongen gevoerd.
Op het eilandje in de Oude Waal staan 4 lepelaars zich te poetsen, er liggen veel grauwe ganzen te slapen en een paar aalscholvers staan hun veren te drogen. Ondertussen vliegt er nog een visdiefje voorbij. In de hoge bomen horen we de koekoek en die zien we even later ook vliegen, al roepend in de vlucht. Aan de oevers staan veel blauwe reigers en grote zilverreigers en futen en meerkoeten broeden hier ook. Een meerkoet die te dicht langs de vlotjes zwemt wordt met veel lawaai verjaagd door de zwarte sterns.
In een stukje riet, waar we vanaf de dijk mooi op kunnen kijken zien en horen we de rietgors, de kleine karekiet en ik zoek nog even naar een blauwborst.
Tijd voor de koffie en op het terras horen en zien we een spotvogel!
Het gekrijs van de zwarte sterns nog in de oren gaan we een stukje verderop en fietsen een moerasbosje door. Hier kunnen we, met een beetje geluk, de nachtegalen horen. Verder zien we nog een groene specht en even later horen we de alarmroep van de grote bonte specht die we ook mooi kunnen zien. Er is een uitkijktoren, speciaal gemaakt om beter op het paalnest van de ooievaars te kunnen kijken. Bovendien heb je vanaf hier een mooi overzicht op het gebied vol meidoorns en heel veel kleine zangers, zoals de zwartkop, de gekraagde roodstaart, fitis, tjiftjaf, mezensoorten, grasmus, zanglijster, merel.
We fietsen nog een aardig eindje over de dijk langs de Waal tot een mooie plek waar we een stukje uiterwaard, het Waalstrand en een plasje kunnen overzien. Op de plas zwemmen krakeenden en kuifeenden we zien witte kwikstaarten, roodborsttapuiten en we hebben ineens een zingende blauwborst in beeld! Op het strand zitten verschillende meeuwensoorten en we zien een kleine plevier scharrelen, bijna onzichtbaar door de goede camouflage. In het groen steken de witte grote zilverreigers mooi af.
Vanaf hier fietsen we weer terug naar het beginpunt over een mooi oud, kronkelig dijkje. We nemen ook nog even een bosrietzanger mee die onder andere een karekiet imiteert. Vlak bij de Thornse Molen horen we ook een echte kleine karekiet. We zijn hier tegen de Duitse grens en als we even de grens over fietsen komen we in een heggenlandschap en daar is de geelgors te horen. In de Ooijpolder komt die niet meer voor, maar hier net over de grens nog wel.
We hebben weer erg veel vogels gezien en gehoord. Het is altijd spannend in de Ooijpolder, we moeten iedere roofvogel goed bekijken, want regelmatig kunnen we hier de visarend, de rode en zwarte wouw en de zeearend waarnemen.